Ook bloed- of plasmadonor worden? Meld je aan!
“Ik zag op een braderie een kraam waar ze bloeddonors aan het werven waren”, vertelt Ernst. “Ik was een jaar of 35 geloof ik, en dacht: laat ik het maar doen. Toch mooi dat je zo eenvoudig een ander kunt helpen. Bovendien zou mijn gezondheid dan meteen in de gaten worden gehouden, dat vond ik ook een prettig idee. Ik ben wel eens opgeroepen om specifiek bloed te geven voor één patiënt. Ik heb bloedgroep B+, dat hebben niet veel mensen.” Na een tijdje vroeg Sanquin of hij plasmadonor wilde worden, omdat er een groeiende behoefte is aan plasma. Ernst: “Ik ben overgestapt en ging om de 2 maanden plasma doneren. Vorig jaar was mijn 60ste donatie.”
Belletje
Een paar maanden terug kreeg Ernst opeens een belletje van de Bloedbank. Donorarts Petra Huijts vertelde hem dat er een verhoogde concentratie aan eiwitten in zijn laatste plasmadonatie zat. Petra: “Eén keer per jaar meet ons laboratorium van elke plasmadonor het totale eiwitgehalte in het bloed, op basis van een extra afgenomen buisje tijdens de donatie. We willen in de gaten houden dat donors niet te veel eiwitten kwijtraken door hun plasmadonaties. Als uit de meting blijkt dat een donor een te hoog of te laag eiwitgehalte heeft, nemen we altijd contact op en raden we aan om verder onderzoek te laten doen. Het hoeft op zich niks te betekenen; ook gezonde donors kunnen een verhoogd of verlaagd eiwitgehalte hebben. Maar het is altijd goed om uit te laten zoeken om welke eiwitten het precies gaat en wat de oorzaak zou kunnen zijn.”
Ernst: “Na Petra’s belletje ging ik even langs de huisarts om bloed te laten prikken voor verder onderzoek. Eerlijk gezegd maakte ik me totaal geen zorgen. Maar een week later zat ik bij de hematoloog, en die had geen leuk nieuws. Ik bleek de ziekte van Kahler te hebben.”
Vroeg stadium
De ziekte van Kahler, ook wel multiple myeloom geheten, is een vorm van bloedkanker waarbij plasmacellen gaan woekeren. Symptomen zijn onder meer pijn in de botten, bloedarmoede, een verstoorde nierfunctie en gevoeligheid voor infecties. De ziekte is niet te genezen, maar kan wel worden geremd door chemotherapie, stamceltransplantatie en bestraling. Ernst: “Bij mij is het nog niet ver ontwikkeld, het is in een vroeg stadium ontdekt. Ik heb ook nog geen symptomen. Wel voel ik me de laatste maanden nogal moe; maar goed, ik heb ook een drukke baan en heb net een verbouwing thuis achter de rug.”
Onder controle
Ernst is nu onder controle in het ziekenhuis; zijn bloed wordt regelmatig onderzocht. “Het is een kwestie van afwachten. Als mijn bloedwaarden heel slecht worden, zal ik een traject met chemotherapie moeten ingaan. Dat is best spannend. De ziekte is nog niet te genezen, maar de behandeling is de afgelopen jaren wel sterk verbeterd. Hopelijk wordt hij nóg beter. Ik heb allerlei toekomstplannen met mijn vrouw.”
Oplettendheid
Om de spanning te verlichten, gaat Ernst veel wandelen. “Mijn buurman gaat regelmatig mee, we wandelen door heel Nederland.” Het donorschap heeft hij helaas moeten stopzetten, uit voorzorg, om zijn eigen gezondheid te beschermen. “Ik zeg regelmatig tegen andere mensen dat ze zich moeten aanmelden. ‘Je doet het ook voor jezelf’, zeg ik dan. Dat blijkt nu wel uit mijn eigen ervaring. Ik ben blij dat dankzij de oplettendheid van Sanquin mijn ziekte vroeg is ontdekt. Ik kan op tijd beginnen met de behandeling en voorkomen dat de ziekte zich onopgemerkt verder ontwikkelt.”
Goed om te weten: Sanquin test het donorbloed op een aantal belangrijke bloedoverdraagbare infectieziektes (zie onze website) om de veiligheid van het bloed voor de patiënt te waarborgen.
Voor de veiligheid van de donor meten we vóór de donatie de bloeddruk en het Hb-gehalte, en af en toe het ferritinegehalte. We meten dus lang niet alle waarden die iets over je gezondheid vertellen.
Je kunt er als donor daarom niet vanuit gaan dat Sanquin het altijd zal ontdekken als je iets onder de leden hebt. Heb je gezondheidsklachten, ga dan altijd langs de huisarts.