Ook bloed- of plasmadonor worden? Meld je aan en red een leven!
Bodycombat, een work-out gebaseerd op verschillende vechtsporten, is een belangrijk onderdeel van Cindy’s leven. Ze sportte veel en was dan ook verbaasd dat haar conditie vorig jaar razendsnel achteruit ging. Dit is niet goed, dacht ze. Cindy: “De huisarts liet me bloed prikken, constateerde een laag Hb (2,9) en gaf me staalpillen mee vanwege een ijzertekort. Ik bleef me echter belabberd voelen en belandde op de eerste hulp met het vermoeden van een longontsteking of een embolie. Dat was het niet. Het was 26 juni 2018 en ik kreeg te horen dat ik kanker had. Dan stort je wereld in.”
“Na verder onderzoek bleek het lymfeklierkanker (non-Hodgkin) te zijn en dat het goed te behandelen was. Ze geven natuurlijk geen garanties maar ik ben altijd positief gebleven. Natuurlijk zijn er verdrietige en boze dagen, maar dat waren er gelukkig niet veel. Ik ga gewoon beter worden, dacht ik.” Cindy kreeg chemo’s en had daar gelukkig weinig bijwerkingen van. “In december heb ik mijn zwaarste chemo gehad en daar zat ook mijn stamceltransplantatie bij.”
“Ik krijg weer een zakje appelmoes vandaag.”
“Niet iedereen is zo gelukkig wat dat betreft”, vervolgt Cindy. “Ik lag op een quarantaine-afdeling waar de meeste mensen leukemie hadden en aangewezen waren op een stamceldonor. Daarnaast hadden we allemaal plasma nodig. Je zag de zakjes er met grote hoeveelheden doorheen gaan. Mijn buurman op de kamer zei altijd: ‘Zo, ik krijg weer een zakje appelmoes vandaag’, want daar lijkt het op. Als je beseft hoeveel er nodig is op zo’n dag en op zo’n afdeling, dan is het zo belangrijk dat er donors zijn. Het is echt van levensbelang. Bij iedereen gaan de bloedwaarden naar beneden en zelf heb je gewoon de kracht niet meer om er bovenop te komen. Als je dan weet dat er van buitenaf mensen zijn die bloed, plasma en stamcellen voor jou en je lotgenoten geven, dan is dat zo bijzonder.”
“Dankzij donors sta je er niet alleen voor”
Na de stamceltransplantatie was het wachten totdat de cellen hun werk gingen doen. Bij Cindy ging dat vrij snel. Ze heeft nog drie weken in het ziekenhuis gelegen en mocht toen naar huis. Een week later ging ze weer sporten. Het gaat weer goed met haar en ze kijkt terug op een proces dat ze vooral samen met haar man heeft doorgemaakt. Cindy: “We zijn toch nog getrouwd, hebben alles samen gedaan en genieten van heel veel dingen. We zijn ons heel bewust geworden van wat je hebt, van wat je nog kan en op wie je kan rekenen. Je hoort weleens dat vrienden komen en gaan, maar wij hebben er alleen maar vrienden bij gekregen. Ook zijn twee vriendinnen van mij donor geworden en mijn moeder denkt er nog over na. Als iedereen een keer zou kijken op zo’n quarantaine-afdeling, dan zie je voor wie en waarom je het doet. Het is zo belangrijk dat er donors zijn. Kankerpatiënten hebben de kracht niet en komen er in hun eentje niet bovenop, maar dankzij donors staan ze er niet alleen voor.“