Ook bloed- of plasmadonor worden? Meld je aan en red een leven!
Vanaf het moment dat ze werd geboren, mankeerde Fatma van alles. Ze hoestte veel, had last van loopneuzen, kreeg meerdere keren bronchitis en was altijd moe. Waar andere kinderen altijd snel herstelden, bleef zij kwakkelen met haar gezondheid. Toen ze vier was werd uiteindelijk een diagnose gesteld: thalassemie, een erfelijke ziekte die de rode bloedcellen afbreekt. Met chronische bloedarmoede tot gevolg. Fatma bleek de meest ernstige vorm te hebben, waardoor ze haar hele leven lang bloedtransfusies nodig zal hebben om te kunnen functioneren.
Haar eerste transfusie kreeg ze toen ze in groep 1 zat. Ze herinnert zich er niets van, maar weet als geen ander hoe het is om afhankelijk te zijn van donorbloed. “Na elke bloedtransfusie functioneer ik een week of drie redelijk normaal. Vervolgens keren de klachten terug. Dan ben ik steeds vaker duizelig, misselijk en moe. Ik zie sterretjes, kan mijn hoofd niet optillen, krijg hartkloppingen en traplopen voelt als een marathon. Dan moet ik weer naar het ziekenhuis. Even bijtanken, noem ik dat.” De transfusies brengen het ijzergehalte in haar bloed weer op peil. Meestal duurt het dan een dag, en dan voelt ze zich weer fit.
Meer dan 380 bloedgroepen
Patiënten zoals Fatma, die regelmatig een bloedtransfusie nodig hebben, krijgen speciaal donorbloed. Zij lopen namelijk het risico antistoffen aan te maken tegen donorbloed, als de bloedgroepen niet goed overeenkomen. Als iemand eenmalig bloed krijgt volstaat het om te letten op de belangrijkste bloedgroepen, A, B, AB of O, Maar er zijn er veel meer. In totaal zijn er meer dan 380 bloedgroepvariaties bekend. Voor patiënten die vaak bloed krijgen is daarom donorbloed beschikbaar waarvan veel meer bloedgroepen bepaald zijn. Hiermee kan zo goed mogelijk een vervelende afweerreactie voorkomen worden. Die niet alleen leidt tot afbraak van het donorbloed, maar ook de patiënt heel ziek kan maken.
Dankzij bloeddonors heeft Fatma in haar leven al ontelbare transfusies gehad. “Ik ben wel gelukkig. Ik moet af en toe naar het ziekenhuis, maar verder kan en doe ik alles. Soms kost het veel moeite, maar ik ben een doorzetter.” Soms vraagt ze zich wel af van wie al dat bloed is dat door haar aderen stroomt. “Dat is best gek om over na te denken.” Om alle bloeddonors te bedanken schreef ze een brief aan Sanquin: “Zonder jullie was ik er niet. Bloeddonors, bedankt! Bij dezen wil ik jullie in het zonnetje zetten. Namens mij, alle thalassemie-patiënten en andere patiënten die jullie bloed nodig hebben. Jullie zijn ware helden!”