Ook donor worden? Meld je aan en red een leven!
Guido: “Op mijn negentiende – nu acht jaar geleden – kreeg ik een bultje op mijn wang. Ik moest er bloed voor laten prikken en het bleek dat ik de ziekte van Pfeiffer had. Het bultje paste in dat beeld, want het zouden opgezette klieren kunnen zijn die kenmerkend zijn voor Pfeiffer. Er gingen een paar weken voorbij en het bultje werd niet kleiner, maar groter. Ik kreeg verder onderzoek en toen bleek dat het mis was: kanker in de speekselklier. Er kwam snel een plan. De dokters wilden gaan opereren en zoveel mogelijk van het gezwel weghalen. Wat er achter zou blijven, moest met bestralingen weggaan. Zo’n diagnose zet natuurlijk je leven op z’n kop. Ik speelde in de A1 en we hadden in de laatste wedstrijd voor mijn eerste operatie de play-offs gehaald om te kunnen strijden voor een plek in de juniorenfinale in Ahoy. Daar kon ik niet aan meedoen. Zo jammer, dat zal altijd wel blijven hangen bij me.”
“Er is altijd bloed stand-by geweest”
Na de operatie werd Guido zes weken lang regelmatig bestraald, maar helaas zonder succes. Toen was er nog maar één optie over: een tweede operatie waarbij al het foute weefsel radicaal weggesneden zou worden. ”Dat was nog erg spannend”, vertelt Guido, “want de kans dat de operatie kon mislukken was groter dan de kans van slagen.”
Veel speekselklierkankerpatiënten hebben ook bloed nodig omdat de operaties vaak lang duren en er veel bloedverlies optreedt. Guido: “Mijn operatie heeft maar liefst achttien uur geduurd. Er is altijd bloed stand-by geweest. Het idee dat het er is als je het nodig hebt, is natuurlijk geweldig. Gelukkig is het goed gegaan. Er is veel weefsel uit m’n gezicht gehaald wat ze weer met een stuk uit mijn been hebben opgevuld. Na een week bleek dat alle snijranden van het weggesneden weefsel schoon waren. Dat was heel erg fijn.”
Inmiddels is Guido meer dan vijf jaar kankervrij en is de kans dat de kanker terugkomt even groot als bij ieder ander. Deze mijlpaal heeft hij destijds groots gevierd.
“Alles is minder vanzelfsprekend geworden.”
Guido heeft tijdens de periode van zijn ziekte veel steun ontvangen. “Naast mijn toenmalige vriendin, ouders, vrienden en familie heeft de hele vereniging met me meegeleefd. Ik heb er heel veel steun aan gehad. Bij de laatste wedstrijd voor mijn eerste operatie kreeg ik een minuut voor tijd een publiekswissel. Er hing een supergroot spandoek met foto’s voor mij en toen ik in het ziekenhuis lag, kwamen er wel vijf kaarten per dag.”
Nu, acht jaar later, is Guido afgestudeerd in Werktuigbouwkunde aan de TU Eindhoven en werkt hij bij Vanderlande in Veghel. Zijn leven is door de speekselklierkanker veranderd, maar inmiddels niet minder mooi. “Zeker”, zegt Guido. “Niet alleen zie ik er nu anders uit dan daarvoor. Ik sta ook veel meer stil bij dingen en kan meer van het leven genieten. Er zijn veel momenten waarbij ik denk: goh, dat is toch wel bijzonder om mee te maken. Het is allemaal minder vanzelfsprekend geworden. Ik had natuurlijk liever geen kanker gehad, maar dit is toch mooi meegenomen.”