Militaire bloedbank en Sanquin

Een voorraad bloed is levensbelangrijk in missiegebied. Sanquin werkt hiervoor samen met de Militaire Bloedbank.

Bloedbroeders

De ene collega is bloeddonor sinds zijn twintigste. De ander kreeg 129 zakken bloed in missiegebied. Een gever en een ontvanger over hun ervaringen.

Foto: Paul Tolenaar

Bermbom

Ontvanger Ronald van Dort (40) is wapenhersteller bij het Korps Commandotroepen.

“Dat we een militaire bloedbank hebben, daar had ik nooit over nagedacht. Je hoopt daar niets mee te maken te krijgen, denkt: ‘dat overkomt mij niet’. Tot het mij wel overkomt. Als 26-jarige word ik uitgezonden naar Afghanistan. Tijdens een van de patrouilles rijden we op een bermbom. Plotseling zitten we in een stofwolk. De klap hoor ik niet eens, mijn trommelvliezen scheuren direct. Ik probeer uit een gebroken zijraam te klimmen, maar mijn benen lijken versmolten met de kapotte aandrijfassen en stuurstangen die uit de vloer steken. Ik word uit het voertuig gehaald. Mijn linkervoet is helemaal opgezwollen, mijn rechteronderbeen ziet eruit alsof het door de gehaktmolen is gehaald. Mijn bloeddruk is heel laag door een interne bloeding. In de heli krijg ik meer morfine en raak ik buiten bewustzijn.”

Levend naar huis

"Er zijn 129 zakken met bloedproducten nodig voordat de bloeding kan worden gestopt. Mijn bekken is op vijf plaatsen gebroken en de slagader van mijn linker bekkenhelft gescheurd, dan loop je snel leeg. Het is: zak ontdooien, zak erin, volgende zak ontdooien, hup er ook in. Ze hebben me al dat bloed puur gegeven om me levend naar huis te krijgen. Niemand dacht dat ik het zou redden. Maar na 3,5 maand kunstmatig in coma te hebben gelegen, word ik wakker in het Centraal Militair Hospitaal in Utrecht. Ik heb dan alleen mijn rechterbovenbeen nog.”

"Bloed ligt niet in de winkel, toch vinden veel mensen het vanzelfsprekend dat het er is. Ik ben alle bloeddonoren heel dankbaar. Ik leef nog dankzij het bloed van anderen.”

Van huis uit

Gever Sergeant-majoor van de mariniers Erik Mooij (44) geeft al vanaf zijn twintigste bloed.

"Bloed geven heb ik van huis uit meegekregen. Mijn ouders deden het ook. Eigenlijk vooral als ‘apk voor hun lichaam’, om mogelijke virussen of aandoeningen vroegtijdig te signaleren. Want voorafgaand aan een donatie word je getest op onder meer infectieziekten. Dat was in eerste instantie ook mijn motivatie. Over wat er precies met mijn bloed gebeurde, dacht ik niet na. Totdat mijn vader Hodgkin-kanker kreeg en het tot me doordrong dat mijn bloed een-op-een bij patiënten terecht kan komen en levensreddend kan zijn. Vanaf dat moment was mijn eigen belang niet langer mijn drijfveer om te doneren, maar dat van een ander.”

Luciferhoutjes

“Dertien jaar geleden kreeg ik zelf een ongeluk. Ik viel van de klimtoren in Rotterdam tijdens een instructieles. Mij scheen- en kuitbeen knapten als luciferhoutjes, mijn enkels waren verbrijzeld. Ik had geen bloed van anderen nodig, maar besefte meer dan ooit dat ik alles wil doen wat in mijn reikwijdte ligt om het leven van anderen te redden. Bloed doneren kost je niks, behalve een klein beetje tijd.

Bronvermelding: Sterker! Magazine, kapitein Hanna Gillissen

Ook bloeddonor worden? Meld je aan!

 

Vriezers vol zakken bloed. Dat is wat je aantreft bij de Militaire Bloedbank. Het klinkt luguber, maar daarmee worden levens gered. Want als er gewonden vallen in een uitzendgebied kan het een hele logistieke uitdaging zijn om bloed in te vliegen. Denk maar eens aan een land als Afghanistan waar Nederlandse militairen jarenlang missies hebben gedraaid.

30 jaar houdbaar

Diepgevroren bloedproducten zijn handiger. Die worden eenmalig vervoerd, op locatie bewaard in de vriezer en zijn on demand te ontdooien. Zo is er altijd bloed ter beschikking. Ter vergelijking: rode bloedcellen zijn vloeibaar 35 dagen houdbaar, diepgevroren ongeveer dertig jaar.

Is er genoeg? Afhankelijk van de intensiteit van het geweld wordt een bepaalde hoeveelheid diepgevroren bloedproducten naar uitzendgebieden vervoerd en daar in vriezers bewaard. Bij tekort kan alsnog vloeibaar bloed worden ingevlogen of ter plekke afgenomen.

Tot nu toe kan Sanquin genoeg leveren. Of die garantie er ook voor de toekomst is, is niet zeker. Bloed kunnen we niet in de fabriek maken, het groeit niet aan een boom. De mens is de enige bron. We hebben op dit moment bijna 400.000 vrijwillige bloeddonors in Nederland. Daarmee kunnen we aan de vraag voldoen. Maar er zijn knelpunten. Donors kunnen uitvallen door overlijden, zwangerschap, ziekte. In coronatijd haakten veel mensen af door verkoudheid of omdat ze contact meden. Daarom willen we groeien naar 450.000 donors.

Wil je met ons meegroeien? Meld je aan als donor.

 

12 januari 2023