Licht sporten (bijvoorbeeld wandelen, rustig fietsen en yoga) voorafgaand aan het doneren is geen bezwaar, maar zorg wel dat je extra goed drinkt na het sporten. Intensief sporten (bijvoorbeeld voetballen, hardlopen en wielrennen) vóór donatie en sporten in het algemeen in de 12 uur na het geven van bloed of plasma wordt afgeraden. Je kunt na een donatie namelijk bij lichamelijke inspanning last krijgen van duizeligheid of flauwvallen.
Vermijd op de dag van donatie om kracht te zetten met de arm waarin geprikt is. Het wondje van de naald kan namelijk weer open gaan, waardoor je een nabloeding of een (soms pijnlijke) blauwe plek kunt krijgen.
Een bloeddonatie kan invloed hebben op de sportprestaties. Door een donatie daalt het hemoglobinegehalte. Hemoglobine (Hb) is belangrijk voor het zuurstoftransport naar onder andere je spieren. Veel personen merken na donatie geen verschil in hun sportprestaties. Het verschil in inspanningsvermogen kan wel merkbaar zijn wanneer je topsport of duursport beoefent en een grote inspanning gaat doen (bijvoorbeeld een marathon of wedstrijd). Het is dan verstandig om geen bloed te geven in de maand ervoor. Je hemoglobinegehalte heeft namelijk een aantal weken nodig om op het oude niveau te komen. Ook in de eerste maand ná een forse inspanning, zoals een marathon of wandelvierdaagse, kan je Hb-gehalte door de inspanning iets verlaagd zijn en wordt het geven van bloed afgeraden.
Het geven van plasma zou voor het Hb-gehalte een goed alternatief kunnen zijn, omdat je bij een plasmadonatie de rode bloedcellen terugkrijgt en daardoor het Hb-gehalte bij een plasmadonatie nauwelijks daalt. Maar ook bij plasmadonatie gelden bovenstaande adviezen over het vochtverlies.