Antistoffen coronavirus bij gemiddeld 18,6% van de donors

Sinds februari 2021 is het landelijke gemiddelde van antistoffen tegen het coronavirus bij donors gestegen van 15,1% tot 18,6%. In Brabant en Limburg komt het gemiddelde inmiddels zelfs boven de 20% uit. Dat blijkt uit de laatste cijfers van Sanquin.

Het percentage IgM, kortdurende antistoffen, is in de laatste maand gestegen van 56% naar 60%. Dat wil zeggen dat de tweede golf voortduurt en dat het aantal recente besmettingen onverminderd hoog is.

Onderstaand overzicht geeft de maandelijkse verdeling van de aangetroffen antistoffen over Nederland weer na verloop van tijd. Let wel: omdat donors pas mogen doneren als zij minimaal twee weken klachtenvrij zijn, lopen deze getallen altijd achter op de actuele infectiecijfers. Het kleurenpalet is aangepast om regionaal onderscheid en verloop van tijd te verduidelijken.

zoom_out_map

Wekelijks onderzoekt Sanquins Vinger aan de Pols (VAP)-studie een steekproef van ongeveer 2.000 plasmadonors op antistoffen, in aanvulling op het onderzoek dat het RIVM naar antistoffen doet. Het meten van antistoffen bij donors geeft inzicht in de verspreiding van COVID-19 over Nederland. Sanquin doet dit in opdracht van het ministerie van VWS, in ieder geval tot en met juni van dit jaar.

17 maart 2021