Prikken is niet fijn. Daar kunnen we heel kort over zijn. De meeste mensen ervaren het aanprikken van de arm als pijnlijk. Hoe meer weerstand of druk en hoe langer het duurt, hoe pijnlijker. Daarom is het van belang dat het aanprikken makkelijk en snel gaat. Uiteraard met een scherpe en gladde naald, daar zorgt Sanquin voor. Er zit een dun laagje siliconen om de naald om de weerstand zo laag mogelijk te houden. Maar ondanks dat, kun je prikken soms als vervelend ervaren en daar kun je zelf gelukkig ook nog wel iets aan doen.
1. Houd je doel voor ogen
Je bent hier niet voor jezelf maar om iemand te helpen die ziek is en heel veel behoefte heeft aan jouw bloed.
2. Zoek afleiding
Maak een praatje met de medewerker die jou prikt of met een andere donor die op hetzelfde moment als jij bloed geeft. Of denk aan iets leuks: wat ga je dit weekend doen? Ga je nog op vakantie? Focus je daar op. Sommige donors hebben veel aan muziek luisteren met hun koptelefoontje op.
3. Deel je angst gewoon eerlijk
Je hoeft je niet stoerder voor te doen dan je bent. Vertel gewoon tegen de medewerker die je prikt dat je er een beetje tegenop ziet. Erover praten helpt echt.
4. Neem iemand mee die je vertrouwt
Je partner, je moeder, een vriend of vriendin. Knijpen in een hand van iemand op wie je dol bent, haalt een groot deel van de spanning weg. In je eigen been knijpen, bij gebrek aan beter, kan ook al helpen.
5. Haal je blik van de naald
Soms helpt het om niet te kijken naar wat er gebeurt. Niet naar de naald en ook niet naar de medewerker. Kijk naar de klok, kijk naar de mensen die ook in de ruimte zijn, focus je op bedenken wie welk beroep beoefent of iets dergelijks!
6. Haal heel rustig adem
Wie snel en paniekerig ademhaalt, ervaart meer pijn. Daarom moeten barende vrouwen ook altijd in een bepaald ritme ademhalen. Als je geprikt wordt, is het goed om heel langzaam en diep adem te halen en de spanning los te laten. Adem uit als de naald erin gaat.
7. Geef jezelf een peptalk
Zeg dat je sterker bent dan dit. Degene die je prikt, heeft dat vast al heel vaak gedaan. En als die andere honderdduizenden donors het kunnen, kun jij het ook.
8. Denk aan de beloning na afloop
Focus op de beloning na afloop. De koffie, de roze koek. Maar natuurlijk vooral: Het is je gelukt! Voor jou heel even, voor de patiënt een heel leven.